Wat als het immuunsysteem ook een rol speelt in de vruchtbaarheid?

Studie 3 van Tambre op ESHRE 2025: Reproductieve immunologie voor casussen die antwoorden vereisen

Bij Tambre zijn wij ervan overtuigd dat achter elk complex geval een verhaal schuilt dat om een verklaring vraagt. Daarom hebben wij, in onze zoektocht naar de oorzaken van onverklaarbare onvruchtbaarheid, verder gekeken dan de gebruikelijke benaderingen. Want soms ligt de sleutel niet alleen in de eicellen of zaadcellen, maar in de manier waarop het immuunsysteem in wisselwerking staat met het embryo.

Dit vormt de essentie van de derde studie die de Clínica Tambre zal presenteren op ESHRE 2025, die zich richt op reproductieve immunologie, met specifieke aandacht voor de KIR-receptoren en hun relatie met implantatiefalen en herhaalde miskramen.

“Bij patiënten met onverklaarbare onvruchtbaarheid gaat het niet alleen om zoeken, maar ook om het vinden van patronen die ons in staat stellen beter te handelen. En immunologie kan die weg zijn”, zegt Dr. Abraham Zavala-García, hoofdauteur van de studie en specialist in vruchtbaarheidsbehandelingen bij Tambre.

Wat zijn KIR-receptoren en waarom zijn ze van belang?

KIR-receptoren (Killer-cell Immunoglobulin-like Receptors) zijn moleculen die zich op het oppervlak van immuuncellen bevinden, de zogeheten natural killer (NK)-cellen. Deze cellen spelen een cruciale rol in de eerste dagen van de zwangerschap, voornamelijk in de interactie tussen het maternale immuunsysteem en het embryo.

De interactie tussen de maternale KIR-receptoren en de HLA-C-moleculen van het embryo kan de implantatie en de ontwikkeling van de placenta bevorderen of belemmeren. Sommige specifieke KIR-fenotypen, zoals KIR-AA en KIR-Bx (met afwezigheid van bepaalde A-groepgenen), zijn eerder geassocieerd met een verhoogd risico op implantatiefalen (RIF) en herhaalde miskramen (RPL). De bevindingen zijn echter nog niet definitief.

Wat is er in deze studie onderzocht? 

Het team van Tambre voerde een retrospectieve analyse uit van 293 patiënten met onverklaarbare onvruchtbaarheid, allemaal met een voorgeschiedenis van herhaalde implantatiefalen of herhaalde miskramen, die tussen januari 2022 en december 2024 in onze afdeling reproductieve immunologie werden behandeld.

Iedere patiënt onderging een genetische typering van KIR en HLA-C met behulp van standaard moleculaire technieken op perifere bloedmonsters. Daarnaast werden klinische gegevens en immunologische parameters verzameld om de resultaten te correleren.

Het doel van de studie was om te evalueren of bepaalde KIR-fenotypen – individueel of in combinatie – oververtegenwoordigd waren in deze populatie, in vergelijking met wat men zou verwachten in een algemene steekproef.

Wat werd ontdekt?

De bevindingen waren duidelijk en statistisch significant:

• Hoewel de KIR-AA of Bx fenotypen individueel niet dominant waren, bleek uit de gezamenlijke analyse als “pathologische” fenotypen dat ze 55,3% van de gevallen vertegenwoordigden (n=162).
• Dit percentage was aanzienlijk hoger dan wat men zou verwachten in een populatie zonder reproductieve problemen, en het verschil was statistisch significant (p= 0,039).
• Daarentegen toonden de combinaties tussen KIR en HLA-C, evenals de verdeling van andere HLA-fenotypen, geen significante verschillen.

Dit suggereert dat pathologische KIR-immunogenetische profielen een relevante rol kunnen spelen in de pathofysiologie van onverklaarbare onvruchtbaarheid met RIF en RPL, en dat deze profielen een nuttige biomarker zouden kunnen zijn voor de evaluatie en gepersonaliseerde behandeling van deze gevallen.

Wat betekent dit voor patiënten?

Deze studie betekent een belangrijke vooruitgang in het begrijpen van de verborgen oorzaken van onverklaarbare onvruchtbaarheid. Voor veel patiënten die de frustratie van meerdere mislukte pogingen zonder een duidelijke diagnose hebben ervaren, biedt deze onderzoekslijn een mogelijke verklaring en een manier om actie te ondernemen.

Bij Tambre is het onderzoek naar KIR en HLA-C al onderdeel van de instrumenten die we in complexe gevallen inzetten. Maar nu, met deze nieuwe gegevens, kunnen we:

• Beter bepalen wanneer we een immuun-genetisch onderzoek moeten doen.
• Behandelingen personaliseren op basis van het KIR-profiel van de patiënt.
• Toekomstige therapeutische strategieën verkennen om de immuunrespons tijdens de implantatie te moduleren.

Een verdere stap in de holistische benadering

Dit onderzoek, uitgevoerd met de steun van de Fundación Tambre, sluit aan bij onze visie op een echt integrale reproductieve geneeskunde, waarin biologie, genetica, immunologie en empathie samenkomen om de best mogelijke antwoorden te geven.

Want als het om onvruchtbaarheid gaat, is het kijken door een microscoop niet altijd voldoende. Soms moet men verder kijken: naar het immuunsysteem, naar de context en vooral naar elke individuele patiënt.

Bij Tambre heeft iedere wetenschappelijke ontdekking slechts één doel: u te helpen. En ieder verhaal van verlies, wachten of twijfel verdient het dat we blijven zoeken naar antwoorden.